Startups: De Correspondent

Elke publicatie op De Correspondent is de start van een gesprek met lezers, experts en bronnen

Een journalist publiceert niet alleen stukken, hij gaat daarvoor en daarna ook het gesprek aan met lezers. Dat is althans de werkwijze bij De Correspondent. Lezers die zinnige bijdragen leveren worden gehoord en kunnen extra bevoegdheden krijgen. En ja, dat discussiëren, daar kun je als journalist een dagtaak aan hebben.

Hij heeft die ochtend gedaan wat hij zijn collega’s altijd aanraadt: op de dag van publicatie je handen vrij houden. En dat is maar goed ook, want als Karel Smouter, karel smouterZie de pagina van Karel Smouter op De Correspondent. adjunct hoofdredacteur van De Correspondent, bij het wakker worden meteen online gaat, is de discussie al begonnen. Het stuk dat de komende uren honderden reacties zal oproepen is dan net gepubliceerd. Het betreft het artikel We willen De Correspondent diverser maken. Helpen jullie mee?

Wanneer Smouter om 10 uur vanuit Apeldoorn het hoofdkwartier in Amsterdam heeft bereikt, heeft hij al van tientallen geïnteresseerden en betrokkenen mail ontvangen, lopen er een paar discussies op Twitter en staan er zo’n dertig reacties onder het artikel. En dan moet het stuk nog op Facebook komen. Het is dan ook een onderwerp dat gegarandeerd reacties oproept: De Correspondent gaat op zoek naar meer kleur op de redactie. Tegelijkertijd verschijnt een voorpublicatie van gastcorrespondent Zihni Özdils essay ‘Nederland mijn vaderland’. Het betreft het artikel Hoe progressief Nederland echte integratie in de weg staat en wat daaraan te doen.

Gespreksleiders

In het ideale geval is elke publicatie op De Correspondent de start van een gesprek met lezers, experts en bronnen. De correspondenten willen na publicatie niet lijdzaam wachten op een ingezonden brief, een Kamervraag of een paar tweets, ze willen geen klassieke journalisten zijn die na het verschijnen van het ene stuk zonder omkijken doorgaan naar het volgende. Ze willen ‘gespreksleiders’ zijn. Dat is het toverwoord dat steeds terugkeert als je een dag rondloopt op de redactie.

Gespreksleiderschap is volgens de journalistieke hemelbestormers niet alleen een belangrijke functie van de moderne journalist, maar ook dé manier om een netwerk op te bouwen en te onderhouden, om de kennis van de lezer te benutten.

Toen De Correspondent begon waren er sollicitanten die opzagen tegen alle extra taken die daar bij zouden komen: reageren op verschillende platforms, altijd bereikbaar zijn voor commentaar, je laten bijsturen door lezers. Zo zou er geen tijd meer zijn om je ‘echte werk’ te doen: stukken tikken. Het antwoord dat zo’n aspirant-correspondent kreeg: als je hier komt werken dan ís dit je werk.

Volgestroomde mailbox

Rond elf uur, als Smouter nog wat tweets heeft beantwoord en het stuk ook op Facebook is verschenen, heeft hij even tijd om bij te praten. Hij laat zijn volgestroomde mailbox zien. Smouter: “Daar zitten nu al mensen tussen die ons willen helpen, bijvoorbeeld iemand die jarenlang verantwoordelijk was voor het diversiteitsbeleid van de publieke omroep en haar expertise wil delen. Die nodigen we binnenkort uit voor een expertmeeting.”

Karel Smouter tijdens het Festival der Vooruitgang, dat De Correspondent in oktober 2015 organiseerde. Foto: Julia Apetina / De Correspondent.
Karel Smouter tijdens het Festival der Vooruitgang, dat De Correspondent in oktober 2015 organiseerde. Foto: Julia Apetina / De Correspondent.

Ook op Twitter is de meningenstroom op gang gekomen. Voor dat medium hanteert Smouter het adagium pick your battles. ,,Dit is een onderwerp waarvan je al weet dat mensen zich gaan profileren zonder echt inhoudelijk te discussiëren. Ik probeer die discussie in zo’n geval niet aan te gaan, al moet ik toegeven dat ik dat moeilijk vond vanochtend.”

Onder het stuk zelf staan enkele reacties waar hij wel op ingaat. De meeste reacties zijn echter korte complimenten of juist korte sneren. “Het devies is: negeer wat niets bijdraagt en ga in op de inhoudelijke bijdragen. Laat in elk geval even weten dat ze gewaardeerd worden.”

Reacties horen bij het artikel

De opzet van De Correspondent is dat het artikel niet ophoudt bij de laatste zin van de auteur; de reacties horen bij het journalistieke product. Toch wordt duidelijk dat de meest zinnige reacties niet openbaar zijn, maar via mail binnenkomen. Hoe hoger de drempel om te reageren, des te waardevoller de reactie, weet Smouter. Hij heeft een lijstje in zijn hoofd dat loopt van laagdrempelig tot hoogdrempelig en dus ook van weinig waardevol tot zeer waardevol:

  1. Een like op Facebook
  2. Tweets
  3. Een reactie onder het stuk (alleen mogelijk voor leden)
  4. E-mails aan de auteur

Voor- en nadeel van gespreksleider zijn

Sinds de start van De Correspondent is het aantal vaste medewerkers verdubbeld, maar het aantal publicaties is gelijk gebleven. Dat heeft onder meer te maken met die functie van gespreksleider volgens Smouter. “Het is tijdrovend. Maar op een andere manier scheelt het ook tijd. Je kunt je veel sneller verdiepen in onderwerpen omdat deskundige lezers je op sleeptouw nemen. In een jaar tijd heb ik naast mijn adjunct-hoofdredacteurschap kunnen schrijven over Fort Europa, zzp’ers, christendom, asielbeleid en de porno-industrie. Natuurlijk verdiepen klassieke journalisten zich ook snel in onderwerpen en bouwen ze netwerken op, maar omdat bij ons alles online is en gedeeld wordt, gaat het veel sneller.”

Een voorbeeld. Smouter wilde samen met Dimitri Tokmetzis uitzoeken hoe je rijk kon worden van gratis online porno. Maar vind maar eens iemand die daarover wil praten. Ze plaatsten een oproep. Er meldden zich deskundigen, een studerende porno-actrice en een porno-verslaafde.

Een van de publicaties op De Correspondent over porno.
Een van de publicaties op De Correspondent over porno.

Een tijd later zat een groep hackers een dag lang pornogebruikers te volgen op de redactie van De Correspondent en hielden de auteurs een pornodag in de tuin met verschillende groepen deskundigen. Ze publiceerden verschillende stukken, en in een afrondend artikel, waarin Tokmetzis schreef over hun onderzoeksmethoden, deelde hij en passant zijn onderzoeksdata met geïnteresseerden.

Het is slechts één voorbeeld van de manier waarop De Correspondent de expertise van zijn lezers tapt. Iedere auteur doet het weer op zijn eigen manier. Sander Heijne liet de conclusie van zijn stuk over het beroepsgeheim van artsen aan de lezer over. Zie het artikel Hoe heilig moet het beroepsgeheim van de arts eigenlijk zijn? Dimitri Tokmetzis wil leren hacken en neemt daarom deel aan een hackerscursus waarvoor ook leden van De Correspondent zich kunnen opgeven – avonden met bier en pizza. Zie zijn oproep Ik ga leren hacken. Wie doet er mee?

Dimitri Tokmetzis roept zijn lezers op om mee te doen met leren hacken.
Dimitri Tokmetzis roept zijn lezers op om mee te doen met leren hacken.

Maite Vermeulen deed vanuit Taiwan een oproep met de vraag wat lezers wilden weten over het land. Zie haar oproep Wat wil jij weten over een land dat niet bestaat? Zij is inmiddels bezig met onderzoek naar de Verenigde Naties en deed ook daar oproepen voor. Zie de oproepen Alle wereldleiders (en ik) zijn deze week in New York. Wat willen jullie weten? en Stel ons jullie vragen over vredesmissies (en of de wereld daar beter van wordt). Ze heeft een onderzoeksassistent in de arm genomen die haar helpt bij het onderhouden van contact met bronnen die grotendeels via lezers komen.

Een lijstje met tips voor respons

Intern circuleert bij De Correspondent een lijstje met dertig tips om meer respons te krijgen van je lezers. Een bloemlezing:

  • Zo betrek je leden bij je onderzoek:
    • een brainstormsessie
    • een ‘wat wil je weten-oproep’
    • een literatuurlijst
  • Zo betrek je leden tijdens je onderzoek
    • tussentijdse update
    • livestream van een evenement
    • een factcheck van een stelling binnen je onderzoek
  • Zo houd je leden betrokken na je onderzoek
    • een terugblik
    • een lijst met lessen
    • antwoord op de beste lezersvragen

“De oproep is heilig”, zegt Smouter. Deze manier van werken moet de correspondenten helpen om nog meer hun eigen agenda te bepalen, mede op advies van experts, in plaats van de politieke agenda of evenementenagenda te volgen. Bovendien moeten correspondenten vooral in series gaan werken. Smouter: “Dat leidt tot meer betrokkenheid. En we streven ernaar elke dag een Verhaal van de Dag te hebben dat de afronding is van zo’n zoektocht.”

De pagina steeds refreshen

Rond 12 uur moet Karel Smouter weer even verder met het beantwoorden van vragen, mails en reacties. Bovendien heeft hij overleg met hoofdredacteur Rob Wijnberg over de vervolgstappen. Ze hadden de te verwachten reacties van tevoren al doorgesproken. Nu is de vraag of ze deze dag nog met een vervolgstuk zullen komen, een soort FAQ over het diversiteitsbeleid van De Correspondent.

In de rust van een vrijwel lege redactieruimte zit Jelmer Mommers jelmermommersZie de pagina van Jelmer Mommers op De Corresondent. net een lezersmail te beantwoorden. Het diversiteitsbeleid houdt de correspondent Klimaat & Energie nu niet bezig, het is voor hem the day after zijn eigen publicatie over twee boeken over klimaatpsychologie. Het betreft het artikel Waarom we zo vaak zwijgen over het klimaat (en hoe we dat kunnen doorbreken). Dat betekent dat ook hij zijn handen heeft vrij gehouden voor reacties. “Ik zit op zo’n dag vaak de pagina te refreshen, om te kijken of ik moet reageren. En het is mijn dag om alle lezersmail te beantwoorden, die ik gedurende de dagen ervoor in een apart mapje heb verzameld. De mail die ik net stuurde was aan iemand die vindt dat we CO2 moeten vieren omdat het goed is voor de planten.”

Niet discussiëren met complotdenkers

Want ja, ook klimaatsceptici lezen De Correspondent. “En complotdenkers. Het kost tijd, maar ik antwoord iedereen altijd één keer met een uitleg over mijn standpunten . Ik ga daarna niet de discussie aan.” Hij laat een mail zien van een vriendelijke, heldere alinea. “Haar tweede mail heb ik niet beantwoord. Ja, dat kan ten koste gaan van een betalende lezer. We modereren zelden. Soms spreek je wel mensen aan die echt de discussie verstoren. Dat zou je in een echt gesprek ook doen.”

Jelmer Mommers tijdens zijn optreden op het Festival voor de Vooruitgang van De Correspondent. Foto: Lise Straatsma / De Correspondent.
Jelmer Mommers tijdens zijn optreden op het Festival voor de Vooruitgang van De Correspondent. Foto: Lise Straatsma / De Correspondent.

Mommers werkt nu een half jaar bij De Correspondent. Eerder werkte hij bij opinieblad De Groene Amsterdammer en De Onderzoeksredactie. “De Groene is van zeer hoge kwaliteit en ik heb er heel veel geleerd, maar een groot onderzoeksdossier dat ik daar publiceerde was vaak een baksteen in een vijver. Eerst was er niets, en dan ineens een groot resultaat. Ik had geen idee hoe het viel, of het werd gelezen. Nu ben ik aanspreekbaar. Ik krijg kritische feedback van mensen die ik waardeer. Soms zeggen ze halverwege ‘je gaat de verkeerde kant op’, dan weeg ik af of ze een punt hebben.”

“Ik ben een serie gestart over doemdenken in het klimaatdebat. De oproep leidde tot tweehonderd reacties. Het artikel van gisteren behandelt een boek dat een lezer mij aanraadde. Ik geef lezers inzicht in mijn agenda en maak gebruik van hun inbreng. Dat leidt tot meer betrokkenheid, al betekent het zeker niet dat ik alles zo maar overneem.”

Festival der Vooruitgang

Op het Festival der Vooruitgang De Correspondent organiseerde het Festival der Vooruitgang om het tweejarig bestaan te vieren. Diverse correspondenten en gastsprekers hielden presentaties en gingen met elkaar in gesprek. van De Correspondent, dat in oktober plaatsvond in Felix Meritis, noemde hoofdredacteur Rob Wijnberg de manier van werken ‘het delen van de leercurve’. Een correspondent begint met een vraag waar hij antwoord op zoekt en deelt zijn zoektocht naar dat antwoord met de lezers. Deskundige lezers geven feedback en uiteindelijk wordt de correspondent van leek expert op het gebied, met de lezers in het kielzog.

 

De leden van De Correspondent luisteren op het Festival der Vooruitgang naar een optreden van Ali B. Foto: Fabian Fraikin / De Correspondent.
De leden van De Correspondent luisteren op het Festival der Vooruitgang naar een optreden. Foto: Fabian Fraikin / De Correspondent.

Het festival was op zichzelf ook een manier om in contact te komen met de leden van het journalistieke platform. Dat bleken, geheel in overeenstemming met de strekking van de diversiteitsoproep, jonge, witte, goed opgeleide, modieuze Amsterdammers. Ze leken allemaal hun buik vol te hebben van hijgerige media en effectbejag, al was de meest gehoorde reden om te komen ‘bier en het ontmoeten van gelijkgestemde mensen’.

Wijnberg leek goed te beseffen dat de publieksparticipatie niet alleen een journalistiek doel diende, maar ook een economisch doel. Zijn presentatie over de toekomst van De Correspondent was vooral één groot bedankje aan de leden. “Jullie zien het misschien niet altijd direct terug, maar dankzij jullie hebben we de luxe dat we tijd kunnen nemen.” Dat sloeg zowel op de ontwikkeling van het journalistieke platform zelf, als op het schrijven van de stukken.

Rob Wijnberg ontvouwt zijn ideeën over De Correspondent tijdens het Festival der Vooruitgang. Foto: Fabian Fraikin / De Correspondent.
Rob Wijnberg ontvouwt zijn ideeën over De Correspondent tijdens het Festival der Vooruitgang. Foto: Fabian Fraikin / De Correspondent.

Hij presenteerde er ook het streven naar een hiërarchie in de gebruikers van De Correspondent. Het is de bedoeling dat lezers met specifieke kennis die expertise steeds meer kunnen delen op het platform. Een eerste stap daarvoor is de mogelijkheid om je functie of expertise te vermelden bij een reactie en steeds vaker krijgen bewezen experts al vooraf toegang tot een stuk. De hiërarchie op De Correspondent ziet er zo uit:

1. Correspondenten

2. Gastcorrespondenten

3. Experts

4. Bijdragende leden

5. Lezende leden

Experts markeren

Karel Smouter legt uit hoe dat werkt in de praktijk. Hij opent een programma dat alleen toegankelijk is voor medewerkers. “Als ik zie dat iemand een zinvolle bijdrage heeft geleverd dan kan ik die markeren. Als zo iemand een paar keer is gemarkeerd, laat het systeem dat zien. Dat kan voor ons een reden zijn om zo iemand te vragen als expert. Met die kennis kunnen we hun straks – in een volgende fase van de ontwikkeling van ons platform – in staat stellen nog actiever bij te dragen. Bijvoorbeeld als meelezer bij stukken rond hun expertise, of als gastcorrespondent. Zodat ze niet alleen na, maar ook vóór publicatie aan onze journalistiek kunnen bijdragen.”

Een voorbeeld daarvan is een stuk van een lezer, Het betreft het artikel Vijf sleutels om een rechter beter te begrijpen. die door Dimitri Tokmetzis wordt geïntroduceerd met de woorden: “Marlies van Eck is een lezer van wie je altijd ongevraagd advies krijgt, waar je net op zat te wachten. Scherp, precies en met kennis van zaken schrijft ze over privacy en het recht.”

Gastcorrespondenten Op deze pagina staan alle gastcorrespondenten. krijgen een steeds belangrijkere rol. Ze dragen bij aan de dossiers van De Correspondent. Lees meer over dossiers op De Correspondent in dit artikel op Nieuwe Journalistiek: De achterkant van De Correspondent is (nog) niet te koop.

Zelfcorrigerend mechanisme van lezers

Halverwege de middag van de publicatie van het diversiteitsstuk heeft Smouter hulp nodig bij het beantwoorden van alle vragen. In de reacties onder het stuk is te zien dat Wijnberg zich daarin mengt. Ook opmerkelijk is het zelfcorrigerende mechanisme van lezers. Een reactie van lezer Jan Doggers: “Het is nu 21/10 14:00 Kunnen de mensen die hierna nog reageren antwoord geven op de oproep ‘Hebben jullie nog suggesties die kunnen helpen bij het realiseren van onze plannen?’? Er zijn nu wel genoeg meningen voorbijgekomen (we blijven Nederlanders).”

Aan het einde van de dag staat de teller van Smouters mailbox op meer dan tweehonderd e-mails. Ongeveer honderd daarvan zijn sollicitaties. “Daar heb ik van geleerd”, zegt hij enkele dagen later. “Sollicitanten met een niet-westerse achtergrond zeggen dat ze eerder niet solliciteerden omdat ze het gevoel hadden dat we toch niet op ze zaten te wachten. Blijkbaar stralen we uit dat we een bastion zijn. Natuurlijk kregen we sceptische reacties, maar het merendeel was zeer positief. Er waren ook veel mensen die ‘eindelijk’ verzuchtten. Dat raakt me wel.” Smouter stuurde dankmails met een gratis maandlidmaatschap. Het aantal reacties onder het stuk liep uiteindelijk op tot ruim 240.

Kwetsbaar opstellen

Een week later publiceerde Smouter een update waarin hij de reacties op het stuk bespreekt. Het betreft het artikel De belangrijkste kritieken op ons diversiteitsplan op een rij (met onze antwoorden erbij). Meer vervolgstappen moeten nog komen. Uit zijn mailbox viste hij onder meer twee taalcoaches die willen meewerken en mensen uit diversiteitsnetwerken. Inmiddels is er een avond geweest met zeventien verkenners, experts op het onderwerp. Er komen vijf trainingsplekken voor talent met weinig journalistieke ervaring, zij krijgen een stagevergoeding.

Smouter: “We hebben ons kwetsbaar opgesteld door te zeggen dat we een blinde vlek hebben en dat we het in het verleden niet goed gedaan hebben. Dan krijg je natuurlijk kritiek, maar zeker ook bijval en constructieve reacties. Onze ervaring is dat als je mensen in redelijkheid aanspreekt, je ook redelijkheid terugkrijgt.”


— of — Reageer

Reacties