Dronejournalistiek

Little Brother, Gluurder, Drone Reporter

Drones helpen een journalist om de omvang van een demonstratie vast te leggen. Het ruwe beeldmateriaal wordt zelden allemaal gepubliceerd, maar is wel interessant voor politie en veiligheidsdiensten. Moet je als journalist dat materiaal delen als ze daarom vragen? De journalist als Little Brother of vliegende waakhond.

De paraplu revolutie in Hong Kong - foto: alcuin lai/flickr/cc
Hong Kong, paraplu-revolutie, moet je ruw beeldmateriaal afgeven als overheidsinstanties dat vragen? Foto: Alcuin Lai/flickr/cc

Occupy-demonstraties, protesten in het Midden-Oosten, de ‘paraplu-revolutie’ in Hong Kong; zonder drone-beelden lijkt geen demonstratie meer compleet. Het levert ook uitstekend journalistiek materiaal op. Bijvoorbeeld over de hoeveelheid demonstranten (nooit meer die discussie over de grootte van de opkomst: hoog, volgens demonstranten, laag volgens tegenstanders). Maar zo’n eye in the sky verzamelt veel meer informatie. Te veel, vinden critici.

Zorg over delen van materiaal met politie

Amerikaanse burgerrechtenorganisaties zijn al enige tijd bezorgd over media die verzamelde beelden en data delen met de politie. Die vrees neemt beslist toe als journalisten straks drones mogen gebruiken, meent Kathleen Bartzen Culver Zie: Culver, K.B. (2013), Ethics aloft: the pros and cons of journalists using drones. En: Culver, K.B. (2014) From Battlefield to Newsroom: Ethical Implications of Drone Technology in Journalism. Journal of Mass Media Ethics, 29(1), 52-64, mededirecteur van het Center for Journalism Ethics Het Center for Journalism Ethics is verbonden aan de University of Wisconsin-Madison en houdt zich bezig met debat, onderzoek en onderwijs over journalistieke integriteit..

Amerikaanse nieuwsmedia worden inderdaad steeds vaker gedagvaard met een verzoek om ruw materiaal, zo blijkt uit een studie naar dagvaardingen van nieuwsmedia in de VS uit 2008 Jones, R. A. (2008), Avalanche or Undue Alarm-An Empirical Study of Subpoenas Received by the News Media. Minnesota Law Review, 93, 585-669.. De overheid vraagt om zowel beelden als mailwisselingen en tekstdocumenten. Een journalist die weigert, riskeert een rechtszaak en zelfs gevangenisstraf, maar kan zich uiteindelijk vaak beroepen op het verschoningsrecht (straks ook in Nederland). Veel gemakkelijker is het om de opgeëiste data dan maar aan de overheid af te staan, dat scheelt juridische rompslomp.

Data delen?

Stel, een Nederlandse journalist werkt aan een item over illegale wietplantages. Op aanwijzingen van een bron vliegt hij met een warmtesensor op zijn drone over een Brabants maïsveld met een verscholen veldje cannabis. De politie vraagt de gps-coördinaten op. Delen?

Stel, een dronejournalist filmt demonstraties die omslaan in rellen. De beelden geven inzicht in de hoeveelheid demonstranten, je ziet waar en wanneer de ME verschijnt, waar de gevechten het ergst zijn. Die beelden worden deels uitgezonden op het journaal. Het rommelige materiaal, sequenties die tonen dat de drone opstijgt en landt – er zijn gezichten te zien -, relschoppers die wegrennen en een straat verderop in auto stappen – het nummerbord zichtbaar – en wegrijden, dat wordt eruit geknipt en vervangen door het materiaal van een andere cameraman die filmde vanaf de grond. De veiligheidsdienst vraagt het ruwe materiaal op, om ‘terroristen’ te pakken. Delen?

Drones (en andere technologische middelen om op grote schaal en voortdurend data te verzamelen) zorgen ervoor dat journalisten over steeds meer data en beeldmateriaal beschikken. Voor politie en veiligheidsdiensten zijn dit datasets die ze graag zouden combineren met hun eigen datasets. Journalisten zouden hun data kunnen delen (of standaard al hun ruwe materiaal ergens online beschikbaar maken). De overheid wil het materiaal tenslotte gebruiken om boeven te pakken, is de gedachte. Maar er is een gegronde reden om ruwe data juist nooit te delen. En die reden is de journalistieke reputatie.

Betrouwbare reputatie

Steeds meer partijen willen en kunnen drones gebruiken: politie, brandweer, onderzoekers, veiligheidsdiensten, consumenten en media. Ryan Calo, voormalig onderzoeksdirecteur van het Center for Internet and Society aan de Stanford Law School, trekt in zijn essay The drone as privacy catalyst Calo, M. R. (2011). The drone as privacy catalyst. Stanford Law Review Online, 64, 29. de ‘onvermijdelijke’ parallel met George Orwell’s 1984 George Orwell schreef het boek 1984 in 1948 en beschrijft een toekomstvisie waarin een totalitair regime volledig greep heeft op het denken en doen van individuen. – met name de passage met vliegende apparaten die door buurten vliegen, door ramen naar binnen gluren.

Calo schrijft:

“Drones zijn de kille, technologische belichaming van observatie (…) Mensen zullen zich voortdurend bespied voelen of het beeldmateriaal nu wel of niet gebruikt wordt.”

In zo’n Orwelliaanse wereld vol vliegende camera’s is een nieuwsorganisatie niet alleen een waakhond, maar ook een van de vele glurende instanties. Je loopt bij een eye in the sky nu eenmaal niet zo gemakkelijk uit beeld als bij een camera die op de grond staat, of die nu bediend wordt door de overheid, of door een journalist met hele andere intenties. En dus moeten media bewust werken aan een betrouwbare reputatie.

Ethische code

“De drone moet bediend worden op een manier die niet onnodig de privacy van niet-publieke figuren schaadt. Maak zo mogelijk alleen opnames in de publieke ruimte en verwijder of verdoezel beelden van individuen die niets met het onderzoek te maken hebben.”
– Ethische code voor dronejournalisten, Matthew Schroyer

De ethische code van Schroyer Schroyer, M, (2012), A code of ethics for drone journalists lijkt overdreven voorzichtig. Toch kan de publieke opinie de toekomst van de dronejournalist maken of breken. Zien omstanders hem straks als een little brother: Iedereen met opname-apparatuur is natuurlijk een potentiële ‘little brother’, welkom in de wereld van de sousveillance. een gluurder die braaf z’n beeldmateraal doorspeelt aan elke dienst die daarom vraagt? Of lukt het dronejournalisten een reputatie op te bouwen van noodzakelijke onafhankelijke partij  – een vliegende waakhond – die de plicht (en dankzij de wet op bronbescherming ook het recht) heeft zijn bronnen en data te beschermen tegen overheden en andere partijen die een ander belang dienen dan waarheidsgetrouwe, onafhankelijke berichtgeving?

Select before you collect, protect before you publish

Nou ja, vanzelfsprekend is dat laatste wenselijk. Dus is het ook nuttig na te denken over de vraag of we al die data (beelden of andere gegevens) wel móeten verzamelen, zegt professor Bert-Jaap Koops, die komende jaren onderzoek doet naar privacy en databescherming aan de Universiteit van Tilburg.

“Het idee leeft dat nieuwe techniek ook gebruikt moet kunnen worden, omdat anders de vrijheid van nieuwsgaring wordt aangetast. Maar moeten we de data die we kúnnen verzamelen ook echt verzamelen. Kun je niet al eerder een grens stellen? Vooraf nadenken, dan pas verzamelen. Dat perspectief zie ik noch bij de overheid, noch bij de beroepsgroepen die met het verzamelen van data te maken hebben,” zegt Koops.

Bart Jacobs, hoogleraar digitale veiligheid aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, suggereerde in 2005 al een vuistregel Jacobs, B. (2005). Select before you Collect. Ars Aequi, 54, 1006-1009. die de onverzadigbare dataverzameldrang van de overheid enigszins moest temmen:

Select before you collect.

Media kunnen daarop laten volgen:

Protect before you publish.

Dit artikel is losjes gebaseerd op de dissertatie Droning the story Gibbs, A. S. (2013), Droning the Story (pdf!), University of British Columbia van Alexandra Suzanne Gibbs (University of British Columbia, VS) waarin zij in de conclusie zich afvraagt of journalisten die drones gebruiken hun data op dezelfde manier kunnen beschermen als hun bronnen.


— of — Reageer

Reacties