Startups: Follow the Money

Zoektocht naar een verdienmodel voor veelbetekenende online onderzoeksjournalistiek

Alle artikelen op de website zijn nu nog voor iedereen te lezen maar dat gaat veranderen. Follow the Money, het multimediale platform voor financiële onderzoeksjournalistiek, stapt in de loop van 2015 over op een betaalmodel dat gebaseerd is op lidmaatschap. De stap luidt een nieuwe, beslissende fase in van FTM’s bestaan.

“In de lente van 2015 gaan we over naar een lidmaatschapsmodel”, zegt Eric Smit, een van de twee eigenaren van Follow the Money (FTM), tegen Marie-Claire van Hessen, oprichter en eigenaar van MCPR, een PR- en evenementenbureau.

Het is begin december 2014, aan het eind van de middag. Smit en Van Hessen zitten in het kantoor van een voormalige borduuratelier in Amsterdam waar FTM en drie andere journalistieke start-ups gevestigd zijn. De start-ups zijn gehuisvest in het zogeheten Nieuwsatelier in de Nieuwe Uilenburgerstraat te Amsterdam. In het voorjaar van 2015 verhuist FTM naar een pand aan de Overtoom in Amsterdam. Lees op Nieuwe Journalistiek: Verhuisbericht: Van de voormalige borduurfabriek naar de Overtoom.

De voordeur van het voormalig borduuratelier waar Follow the Money tot voorjaar 2015 was gehuisvest.
De voordeur van het voormalig borduuratelier waar Follow the Money tot voorjaar 2015 was gehuisvest.

Van Hessen heeft haar hondje bij zich, Pien, een jack russell die ze in een tasje aan het stuur van haar scooter overal mee naartoe neemt. Smit kent Van Hessen en heeft haar gevraagd om mee te denken over de ledenwerfactie. “In deze maand van goedertierenheid willen we een foundersactie bedenken. Iets in de trant van: we gaan de overstap maken maar je kunt nu al lid worden. Hoe meer leden we binnen kunnen trekken, hoe minder we afhankelijk zijn van investeerders die we nodig hebben om onze ambities voor nog betere journalistiek te financieren.”

Het moet anders

De ledenwerfcampagne vormt de opmaat naar een nieuwe en beslissende fase in de geschiedenis van FTM. Sinds de oprichting in 2010 is het bedrijf op zoek naar een verdienmodel om de journalistieke activiteiten te bekostigen. Op het moment houden Smit en mede-eigenaar Van der Wal het hoofd boven water met commerciële klussen zoals bijdragen maken voor Elsevier of een congres van ING, maar daar willen ze vanaf. Er moet een slag gemaakt worden.

Van Hessen heeft iets in de aanbieding. “BNR Nieuwsradio heeft een superdeal. Veertig spots voor €2000. Normaal is dat €14.000. Als ik het voor je inkoop krijg je nog eens 10% korting. Ik moet het morgen weten.”

Met jack russell Pien op tafel, overleggen Eric Smit en Marie-Claire van Hessen over een mogelijke commercial op BNR Nieuwsradio.
Met jack russell Pien op tafel, overleggen Eric Smit en Marie-Claire van Hessen over een mogelijke commercial op BNR Nieuwsradio. Foto: Charlotte Govaert.

Onderzoeksjournalistiek is duur. Het is de meest arbeidsintensieve tak van sport en er zijn geen garanties voor succes. Een lead kan er veelbelovend uitzien en uiteindelijk onvoldoende opleveren voor een verhaal. Intussen ligt de lat hoog. De macht controleren. Dat is de opdracht van iedere journalist en zeker van een onderzoeksjournalist. Smit en Van der Wal willen terug naar deze kernactiviteit. Nu komt 60% van de omzet uit de commerciële opdrachten en maar 20% uit de journalistiek. Dat moet anders.

“Het is echt een topdeal”, benadrukt Marie-Claire van Hesssen.

“Veertig spots van 20 seconden, dat is echt veel.” Smit slaat aan het rekenen. “Hoeveel klantjes moet ik eruit halen? Veertig. Dat ga ik niet redden.”

Een enquête vorig jaar zomer bracht aan het licht dat bezoekers van de site best bereid zijn om te betalen voor financiële onderzoeksjournalistiek, maar alleen als het niveau omhoog gaat. De journalistiek moest dieper graven, en er mogen geen spel- en tikfouten meer in de stukken staan. Dat betekent dat FTM zich in een patstelling bevindt. Je kunt pas een professionele organisatie neerzetten als je voldoende geld hebt om goede journalisten aan je te binden. Geld dat pas binnen komt als je product zo goed is dat mensen bereid zijn ervoor te betalen.

“Echt een megadeal”, zegt Van Hessen nog maar eens. Ze vertelt van een andere klant die duizend extra clicks had na zo’n radiocampagne. Smit haalt zijn schouders op. “Ik heb 100.000 tot 150.000 unieke bezoekers per maand.”

“Maar dan heb je een nieuwe doelgroep erbij”, probeert Van Hessen. “Het geeft naamsbekendheid.”

De eigenaren

Eric Smit (47) en Arne van der Wal (51) zijn ieder voor 50% eigenaar van de BV. Ze kennen elkaar van Quote Quote is een maandblad over het zakenleven, carrière, geld, auto’s, mode en aanverwante zaken..

Van der Wal Arne van der Wal begon zijn journalistieke carrière in 1993 bij Quote. Een biografie van hem staat de website van Follow the Money.: “Ik nam Eric onder mijn hoede toen hij kwam Eric Smit kwam in 1999 bij Quote werken. Een biografie van hem staat op de website van Follow the Money.. Hij had geen journalistieke ervaring maar dat maakte ons niet uit. We zochten losgeslagen figuren met een oorspronkelijke kijk op de wereld. Dat schrijven konden we ze dan wel leren. Eric had gestudeerd en een beetje ervaring in het bedrijfsleven. Je merkte meteen dat hij het in zijn vingers had. Hij durfde op te schrijven wat hij zag. Sommige stagiaires leverden keurige stukken in nadat ze iemand had gesproken. Dan vroeg ik: wat vond je eigenlijk van die man en kwam er een heel ander verhaal.”

Bij FTM hebben ze de taken goed verdeeld. Smit leidt de redactie, die bestaat uit jonge honden die bereid zijn om voor een appel en een ei het vak te leren. Hij zoekt investeerders en is het gezicht naar buiten. Van der Wal houdt zich meer op de achtergrond, en doet de commerciële klussen. Smit noemt Van der Wal de kurk waar het bedrijf op drijft. Hij brengt de centen binnen.

Het idee van een radiospotje lijkt Smit toch wel aan te spreken. Mijmerend: “Als ik dan met jou kan nadenken over wat ik ga roepen.” Dan herneemt hij zich. “Ik moet met Arne overleggen.” Vinnig tikt hij met zijn pen op de tafel. Pien begint te blaffen. “Ze is heel waaks, hoor”, zegt Van Hessen.

“Heb ik een hond in huis”, zegt Smit. “Oké, vanavond hak ik een knoop door.”

De oprichting

Het idee van Follow the Money is ontstaan in de kroeg. In café Fonk in de Pijp, om precies te zijn. Arne van der Wal was nog niet in beeld als mogelijke vennoot. De eerste gesprekken over een journalistiek bedrijf waren tussen Eric Smit en Mark Koster, daarna kwam Reinier Koops erbij.

Koster, eveneens ex-Quote, had al een bedrijf: Campus TV, dat video’s maakte voor media en bedrijven, en daarnaast een website was voor studenten Campus TV fuseerde later met DeJaap, en zo kwam The Post Online tot stand. Zie op Nieuwe Journalistiek het artikel over The Post Online: Bottom-up, geboren uit ergernis.. Hij schreef ook voor dagblad De Pers. Reinier Koops was eerder verslaggever bij Het Financieele Dagblad. Mark Koster vroeg ook nog freelancer en oud-Elsevier-journalist Esther van Rijswijk erbij.

“We hebben een paar maanden met elkaar gesproken”, herinnert Van Rijswijk zich. “De sfeer was erg leuk. We hebben ontzettend gelachen.” Maar er werd ook stevig gediscussieerd. Reinier Koops: “Eric Smit en Mark Koster zijn redelijk eigenzinnige jongens. We hebben leuke maar ook straffe discussies gehad over hoe dat op te zetten.”

Mark Koster (links) en Eric Smit in november 2010 in hun toenmalige kantoor. In café Fonk kwamen ze tot het idee van Follow the Money. Foto: Truus van Gog/Hollandse Hoogte
Mark Koster (links) en Eric Smit in november 2010 in hun toenmalige kantoor. In café Fonk kwamen ze tot het idee van Follow the Money. Foto: Truus van Gog/Hollandse Hoogte.

De droom was om een veelbetekenend, onafhankelijk platform voor onderzoeksjournalistiek te zijn, aldus Smit. “Met grote, veelbetekenende verhalen te komen, impact te hebben, een verschil te kunnen maken.”

Het idee voor de naam kwam van een oud-vormgever bij Quote, Durk Hattink. “We wilden eerst Fonk heten, naar de kroeg waar we zaten, waar bij wijze van spreken meteen de oprichtingsakte getekend kon worden. De kroeg had alleen al een website en de domeinnaam was niet beschikbaar. De naam moest ook zeggen wat we aan het doen zijn. Follow the Money was voor ons, met name voor Mark en mij, journalistieke romantici die wij zijn, een verwijzing naar onze helden Woodward en Bernstein Bob Woodward en Carl Bernstein zijn de twee journalisten van The Washington Post, die aan de wieg stonden van het Watergate-schandaal. Toen zij vastliepen tijdens hun onderzoek, kregen zij van hun geheime bron Deep Throat de tip het spoor van het geld te volgen. ‘Follow the money’ is sindsdien het adagium van veel onderzoeksjournalisten. De zin komt alleen niet voor in het boek All the President’s Men, dat Woodward en Bernstein schreven over de kwestie, maar wél in de gelijknamige film. Kijk voor meer informatie op Wikipedia.. Het zegt iets over de traditie waar wij in staan. FTM doet aan onderzoeksjournalistiek, en we kijken naar de wereld door een financieel-economische bril.”

Robert Redford en Dustin Hoffman in de film All the President's Men. Dankzij deze film werd het credo 'follow the money' populair onder onderzoeksjournalisten.
Robert Redford en Dustin Hoffman als de journalisten Bob Woodward en Carl Bernstein in de film All the President’s Men. Dankzij deze film werd het credo ‘follow the money’ populair onder onderzoeksjournalisten.

Op zoek naar geld

Mark Koster: “In 2010 heerste nog het idee dat kwaliteitsjournalistiek op internet een gat in de markt was. De vraag was alleen: hoe kun je het betaalbaar maken? Je hebt in ieder geval geld nodig om de boel op te zetten. Wij naar Rick van Dijk van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek Het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek verstrekt subsidies en leningen aan journalistieke start-ups. Een heel leuke man. We hadden twee gesprekjes en kregen meteen €180.000.” Het besluit tot toekenning van de subsidie is te vinden op Persinnovatie.nl, de website van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek.

Rick van Dijk Rick van Dijk is sinds 1999 operationeel directeur van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek. herinnert het zich iets anders. “We zijn niet bureaucratisch en kunnen vrij snel werken; in principe ligt een aanvraag binnen een maand bij het bestuur. Maar in dit geval heeft het twee maanden geduurd omdat er aanvullende vragen waren, met name over de verwachte advertentie-inkomsten.”

Reinier Koops, verantwoordelijk voor het financiële plaatje: “Het plan dat is doorgerekend was gebaseerd op advertenties op de website en journalistiek in opdracht. Dat eerste heeft altijd een hoog natte-vingergehalte. De commerciële activiteiten zijn vanaf het begin genoemd, maar dat zat niet in de cijfers. Die zouden ernaast zijn.” Inkomsten uit advertenties ging via bannering. Elke keer als er op een reclamebanner geklikt wordt, ontvangt de website een bepaald bedrag. “Dat was iets van €0,11 per klik.”

Afhakers

Esther van Rijswijk, van huis uit econoom, was toen al niet meer van de partij. “Ik vond het businessplan niet solide genoeg. Verder had ik zelf ideeën die zij niet wilden. Ik wilde meer de kant op van de publieke debatten, dat wilde ik meenemen maar dat vonden zij geen goed idee. Toen heb ik gezegd: oké, dan stop ik ermee.” Inmiddels heeft Esther van Rijswijk met Petra ter Doest Mattermap opgericht, een online tool voor journalisten om kwesties in kaart te brengen en dossiers aan te leggen.

Ook Reinier Koops haakte nog voor het bedrijf daadwerkelijk werd opgericht af, niet uit onvrede met het plan maar om persoonlijke redenen. “Ik stond er anders in dan Eric en Mark, hoe wist ik niet toen. Achteraf weet ik het wel. Ik wilde een ander leven. Niet weer zo’n stressvolle baan in de Randstad.” Hij heeft de journalistiek inmiddels verlaten en woont in de Achterhoek.

Arne van der Wal was inmiddels aangehaakt. Follow the Money kon van start.

Eric Smit, Mark Koster en Arne van der Wal (van links naar rechts) zetten Follow the Money in de steigers. Foto: Joost van den Broek / Hollandse Hoogte.
Eric Smit, Mark Koster en Arne van der Wal (van links naar rechts) zetten Follow the Money in de steigers. Foto: Joost van den Broek / Hollandse Hoogte.

Tegenvallende inkomsten

Al snel bleek dat er veel minder geld uit advertentie-inkomsten binnenkwam dan verwacht. Van der Wal: “De begroting liep in de tonnen en het was praktisch nul. In een businessplan kun je de zaken mooi maken maar de realiteit is anders. Dat had ook met de economische omstandigheden te maken. De prijzen van bannering daalden enorm. Het bedrijf waarmee we in zee gingen had het niet goed aangepakt.”

Dat bedrijf was Free Media Group  Free Media Group is tegenwoordig een mediabedrijf dat websites uitgeeft die zich richten op particuliere en professionele beleggers.. CEO Peter van Sommeren: “Wij kenden Eric Smit al jaren. Hij kwam met Mark Koster en Arne van der Wal bij ons met het idee voor onderzoeksjournalistiek 2.0. Ze zochten een partner. Wij zijn actief in de digitale media, en wij weten hoe je een platform kunt financieren en opstarten.”

“Ze zagen de advertentiemarkt veel te rooskleurig in. Zij hadden paginaprijzen zoals je die in de kranten- en tijdschriftenwereld hebt in hun hoofd en geloofden niet dat de prijs voor bannering veel lager lag. Die is daarna trouwens geïmplodeerd, dat hadden zij niet kunnen voorzien. Daarbij kwam dat de bereidheid om te betalen toch anders ligt als je begint met een nieuwe merk en een klein bereik.” Volgens Eric Smit waren de prognoses voor de bannerinkomsten afkomstig van de Free Media Group.

Over het verwijt dat Free Media Group het niet goed heeft aangepakt, haalt Van Sommeren zijn schouders op. “Ongetwijfeld waren wij niet goed genoeg in het commerciële traject. Maar ja, waar ligt het aan als de opbrengst lager is dan verwacht? We gingen niet speciaal voor Follow the Money op pad. Daarna zijn ze overgestapt op een advertentienetwerk, een bedrijf dat advertentieruimte verzamelt bij kleine sites en die samen aanbiedt aan adverteerders. Maar we vinden het nog steeds goede jongens. We zijn als vrienden uit elkaar gegaan.”

Snelle ontwikkelingen

De ontwikkelingen in de advertentiemarkt gaan zo snel dat het lastig is om als beginnende mediaonderneming een solide businessplan op te stellen. Je loopt al snel achter de feiten aan. “De afgelopen twee, drie jaar is het ontzettend hard gegaan”, zegt Van Sommeren. “Advertenties plaatsen gaat tegenwoordig bijna allemaal volledig geautomatiseerd, via cookies. Programmatic, heet dat in vaktermen. Er komt geen mens meer aan te pas. De software is zo snel dat in milliseconden wordt bepaald wie jouw view mag hebben.”

Hetzelfde geldt voor de technologische ontwikkelingen. “Je zit op een trein waarvan je niet weet waarheen die gaat”, zegt Van der Wal. “De conducteur stopt ermee, je komt erachter dat je te weinig kolen hebt opgeladen. Toen wij begonnen was de iPad nog niet eens op de markt. Twitter bestond nog maar net. De snelheid waarmee de media veranderen, en ook het mediagedrag, is onvoorstelbaar. Als bedrijf moet je ontzettend flexibel zijn om dat bij te kunnen houden.”

Journalistiek in opdracht

Intussen vlot het ook niet helemaal met de journalistiek in opdracht. In theorie is het een goed plan. Kranten hebben het moeilijk door teruglopende inkomsten uit abonnementen en advertenties. Ze investeren minder in dure onderzoeksjournalistiek, maar willen toch goede verhalen. “Het voordeel van Follow the Money voor ons is goede journalistiek in de krant over onderwerpen waar we zelf niet aan toekomen”, zegt Pieter Klok, plaatsvervangend hoofdredacteur van de Volkskrant.

FTM maakt stukken voor onder meer NRC Handelsblad en Vrij Nederland. Eric Smit en Jesse Frederik Jesse Frederik ging in 2011 als 22-jarige aan de slag voor FTM. Een korte bio is te vinden op de website van Follow the Money. winnen zelfs een Tegel De Tegel is een belangrijke jaarlijkse prijs voor journalistieke producties. Er worden prijzen uitgereikt in verschillende categorieën. Smit en Frederik winnen in de categorie ‘achtergrondjournalistiek’. met een stuk voor de Volkskrant over Slibverwerking Noord-Brabant, een nutsbedrijf dat miljoenen verloor met de handel in derivaten Het winnende artikel Derivatendrama van Smit en Frederik is te lezen op de DeTegels.nl, een website waar alle winnende producties van De Tegel worden verzameld.. “Het was de eerste keer dat buitenstaanders de opening van de krant hadden gemaakt”, blikt Smit niet zonder trots terug. Maar de opbrengst weegt niet op tegen de investering in uren. En de samenwerking verloopt niet altijd vlekkeloos.

Eric Smit en Jesse Frederik krijgen de Tegel 2012 uitgereikt op 21 maart 2013 in de Koninklijke Schouwburg te Den Haag.

Klok: “Ik vind FTM een mooi en goed initiatief. Eric is een prettige baas van het geheel, maar het blijkt wel lastiger dan gedacht om samen te werken. Het duurt lang voor stukken gereed zijn. Er is nog weleens een kwaliteitsprobleem, dan is het niet in een keer goed. Eric en Jesse kunnen natuurlijk goed schrijven, maar we krijgen geregeld verhalen waar nog veel aan moet gebeuren en die stuur ik dan terug. Een stuk moet qua toon en stijl in onze krant passen en dat blijft lastig.”

Het ProPublica-model

In september 2012 kondigt FTM een radicale koerswijziging aan. ‘FTM omarmt innovatief charitasmodel’, staat boven het persbericht dat de wereld ingaat. “We hadden net – en dit was voor mij de druppel – het verhaal voor de Volkskrant gemaakt waar we later de Tegel mee wonnen”, zegt Smit. “En je denkt, tjee, we hebben er gewoon maanden werk in zitten, met twee man, en daar krijg je uiteindelijk maar €2000 voor. Dat kan gewoon niet. Dat houden we op deze manier niet vol.”

Smit en Van der Wal lieten zich inspireren door ProPublica, een Amerikaanse non-profit organisatie die onderzoeksjournalistiek bedrijft en de resultaten voor het merendeel aanbiedt bij traditionele nieuwsoutlets Alle onderzoeken van ProPublica zijn te vinden op de website van ProPublica.. ProPublica is afhankelijk van giften, onder meer van The Sandler Foundation The Sandler Foundation is een fonds dat goede doelen financiert. Het fonds is opgericht door de steenrijke voormalige bankiers Herbert en Marion Sandler. Kijk voor meer informatie op Wikipedia..

Mark Koster was sceptisch. “Ik kan niet naar iemand toe en m’n hand ophouden: mag ik geld?” Dat laatste zegt hij met het stemmetje van zeurend kind. “Journalisten vragen zich nooit af waar het geld vandaan komt. Ik vind: je moet je eigen poen verdienen. Ik heb dat heel erg in me. Ik ben de kleinzoon van een kleine kruidenier. Je moet zwarte cijfers hebben. Anders kan je ook geen grote mond op zetten.”

Mark Koster vertrekt

Het vertrek van Koster bij FTM was een gezamenlijke beslissing. Smit: “Mark is een echte rommelaar. Hij zat bij De Pers en had ook nog zijn videobedrijfje. Arne en ik waren helemaal on board. Mark was er maar twee dagen per week, er zat te weinig structuur in. Uiteindelijk gaat dat wrikken. We dachten: we zijn nu nog vrienden. We kunnen het nu nog bespreekbaar maken.”

“Mark kwam altijd bellend binnen”, zegt Van der Wal. “Hij was luidruchtig. Eric zei vaak: Mark is een meeuw, hij komt langs, schijt de boel onder en is weer weg. Omdat hij snel werkte maakte hij fouten. Alleen in de intro al drie of vier spel- en tikfouten. Dat leverde irritatie op.”

Koster gaf zijn aandelen terug voor het bedrag dat hij ingelegd had. De verstandhouding heeft niet geleden onder de breuk. “Ik ben goed met ze”, zegt hij.

“We willen geen goed doel zijn”

Maar ook het charitasmodel komt uiteindelijk niet van de grond. Van der Wal: “Persoonlijk was ik niet enthousiast. Ik zag dat we veel geld nodig hadden maar ik wilde niet afhankelijk zijn. Bovendien was de markt klein; in Nederland zijn weinig fondsen die in kwaliteitsjournalistiek investeren. Je hebt een heel ander businessplan nodig, daar hebben we lang over gedaan. We gingen gesprekken voeren met mensen, en realiseerden ons gaandeweg dat we dit eigenlijk niet wilden.”

Een van die mensen is investeerder Ton aan de Stegge, in 2006 was hij korte tijd bestuursvoorzitter van uitgeverij PCM PCM was destijds uitgever van onder meer de Volkskrant, NRC Handelsblad, Algemeen Dagblad en Trouw. Inmiddels is PCM overgenomen door De Persgroep. Kijk voor meer informatie op Wikipedia.. Ook hij is een oude bekende. “Ik ben regelmatig in gesprek met Eric. Ik heb iedere keer de plannen gezien en dan geef ik commentaar. Bot gezegd, waar ik een probleem mee heb is dat ze hun hand moeten ophouden. Dat zou mijn eer te na zijn. Er moet toch een model te vinden zijn waarbij financiële kwaliteitsjournalistiek zichzelf bedruipt? Als je waarde creëert, moet daarvoor betaald worden.”

Ook Smit was snel om. “We vinden het een zwakte als je niet je eigen broek kunt ophouden. Als je er geen bedrijf van weet te maken en je gaat helemaal de geef-hoek in, ja, dat is… Dan ben je een goed doel geworden, dan ben je geen bedrijf. Dan ben je afhankelijk van de goedertierenheid van vermogenden. Daar wil ik helemaal niet van afhankelijk zijn. Fuck them, zeg ik eerder.”

Het ledenmodel

Intussen kwam De Correspondent met het ledenmodel. Van der Wal: “En toen dachten we: ja, natuurlijk, dat is het.” Mediapart in Frankrijk hadden ze inmiddels ook ontdekt Mediapart is een Franse nieuwssite die veel aan onderzoeksjournalistiek doet. De site draait op abonnees en bevat geen reclame. Mediapart bestaat sinds 2008 en maakte in 2011 voor het eerst winst. In 2014 waren 100.000 mensen abonnee.. Was het charitasidee misschien niet goed doordacht? Smit: “Ten dele. Je kunt alleen alles wel doordenken, maar je ervaart het pas als je het aan het doen bent. Je gaat en je maakt vergissingen en dan ga je de andere kant op. Ik heb er geen spijt van, helemaal niet. Dit is ondernemen.”

Van der Wal: “Het is inventing on the way. Het ledenmodel heeft wel altijd op de achtergrond meegespeeld. Moeten we toch van lezers abonnementsgeld vragen? We dachten: daar is de markt niet rijp voor. Wij waren er niet rijp voor. Nu zijn we beter voorbereid, ons denken is beter ontwikkeld en hoe we dat op een eigen manier kunnen doen.”

De ledenactie is half december 2014 van start gegaan. Wie nu op ftm.nl komt, ziet meteen de advertorial: Sluit je aan bij Follow the Money. Voor €70 ben je lid, een founding friend betaalt €1500. Zie de ‘doe mee-pagina’ op de site van Follow the Money. De eerste resultaten zijn bemoedigend. Eind 2015 moeten er 5000 betalende leden zijn, zegt Smit. In het tweede jaar moet het aantal doorstijgen naar 10.000.

Begin februari 2015 verschijnt op YouTube ook een video om abonnees te werven.

De subsidie van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek is in tranches van €36.000 per halfjaar uitbetaald, de laatste in 2013. Dat geld is op. De helft van het bedrag is een lening en moet op termijn terugbetaald worden. “Het liefst hebben we het binnen vijf jaar terug”, zegt Rick van Dijk van het fonds, “maar we kijken wat mogelijk is. De continuïteit van het bedrijf staat voorop.”

Het jaar van de waarheid

Eind december zit Van der Wal in een café aan de Nieuwmarkt in Amsterdam. Hij is moe. Op kerstavond ging er nog een mail uit naar de nieuwe leden. Er moet een professionele ledenorganisatie worden opgezet. Er moet een marketingplan komen. Zijn werk is versnipperd. Hij wil zich op de ontwikkeling van het bedrijf richten in plaats van cash genereren. Ook Smit schaakt op drie borden tegelijk. Hij is hoofdredacteur, stagebegeleider, stukkenschrijver en ondernemer tegelijk.

“Het moet dit jaar wel gebeuren”, zegt Van der Wal. Hij eet van zijn broodje. “Eric en ik verdienen na loonbelasting €1350. Ik snak naar een normaal inkomen. Ik heb er veel spaargeld in gestoken en ik kan me dit niet heel veel langer veroorloven. Ik heb een gezin, twee kinderen. Mijn vrouw heeft ook een baan in de media. Als je het realistisch bekijkt: het moet nu gebeuren. Daarom ben ik blij met de ledenactie.”

Arne van der Wal: "Het moet dit jaar wel gaan gebeuren." Foto: Sebastiaan Westerweel.
Arne van der Wal: “Het moet dit jaar wel gaan gebeuren.” Foto: Sebastiaan Westerweel.

“Het komend jaar is het jaar van de waarheid”, zegt ook Smit. Is het erop of eronder? Hij weifelt. “Eronder hoeft natuurlijk niet. Stel je voor dat het mislukt, dan kun je het merk laten uitdoven, maar laten we zeggen het is voor mij alleen maar interessant is als het vol doorgaat.”

Pieter Klok van de Volkskrant: “Overstappen op het lidmaatschap: dat is de enige manier waar het op kan, dat laat De Correspondent nu ook zien. Het is een dappere poging. Het lijkt me de enige manier: duurzame betrokkenheid organiseren. Het is misschien oneerlijk, maar wij kunnen nooit fatsoenlijke tarieven betalen.”

Rick van Dijk van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek aarzelt als hij de vraag krijgt of het gaat lukken met een ledenorganisatie. “We zien zoveel verdienmodellen voorbij komen en vaak lukt het niet. Dus ik zeg: eerst zien, dan geloven. Het blijft experimenteren. Maar: FTM is een van de initiatieven die zich vol inzetten voor internetjournalistiek. Ze blijven het proberen, doorgaan met de zoektocht naar mooie verhalen. Dat vind ik toch wel te waarderen.”

Konijn uit de hoge hoed

En de anderen die aan de wieg stonden? Hoe schatten zij de kansen in van FTM?

Mark Koster denkt dat ledenorganisatie kan werken, hoewel financiële journalistiek een niche is. Hij wenst zijn oude kornuiten een angel investor toe, iemand met een hoop geld en het hart op de juiste plaats, “alhoewel je dan wel weer afhankelijk bent”.

Reinier Koops volgt zijn oude vrienden niet echt meer. “In het begin heb ik FTM nog wel bijgehouden maar er stond te weinig nieuws op de site. Laatst hoorde ik Eric wel in een spotje op de radio. Ik vind het heel knap van Eric en Arne dat ze ermee bezig zijn en dat het draait op een of andere manier.”

Esther van Rijswijk kijkt nog wel af en toe op de site. Gaat het ze lukken? “De cynische journalist in mij zegt: oké jongens, veel succes, ik moet het nog zien. Aan de andere kant: ze moeten iets. Eric is een pitbull; als hij iets wil dan gaat hij door en door en door. FTM is er nog, het bestaat. Wie weet welk konijn ze uit de hoge hoed toveren.”


— of — Reageer

Reacties