Rob Wijnberg is goed in groot denken en hij kan het goed uitleggen, het zal de filosoof in hem wel zijn. De meeste mensen die hij in het najaar van 2012 na zijn ontslag bij nrc.next benadert met ideeën voor een nieuw nieuwsplatform, raken gefascineerd. Hij wil weg van de waan van de dag en gebruik maken van de kennis van lezers, met persoonlijke journalistiek zonder winstoogmerk.
Hij spreekt met NRC’ers, enkele redacteuren die later zullen terugkeren bij De Correspondent, met zijn geestverwanten Ernst-Jan Pfauth en Joris Luyendijk, hij polst in die eerste dagen al Femke Halsema Femke Halsema (1966) was lange tijd actief in de politiek. Tussen 2002 en 2010 was zij politiek leider van GroenLinks. Momenteel is Halsema voorzitter van de Stichting Vluchteling en de Raad van Advies van de ASN Bank. Meer informatie op Wikipedia. en Jelle Brandt Corstius Jelle Brandt Corstius (1978) is een buitenlandcorrespondent, publicist en programmamaker. Meer informatie op Wikipedia. die later zullen terugkeren als schrijvers.
Ook Alexander Klöpping Alexander Klöpping (1987) is internetondernemer en internetjournalist. Hij is oprichter van de Universiteit van Nederland en Blendle. schuift in 2012 regelmatig aan. Wijnberg: “In de aantekeningen die we toen maakten kun je teruglezen dat hij eigenlijk al bezig was met het bedenken van Blendle Meer over het ontstaan van Blendle is op Nieuwe Journalistiek te lezen in het artikel “Ze komen in onze kranten knippen!”.. Hij wilde een andere kant op: de oude journalistiek op een nieuwe manier verkopen.” De frustratie met de journalistiek is voor Wijnberg fundamenteler van aard, er is iets mis met de manier waarop journalisten verhalen vertellen.
De Nieuwsfabriek
‘Negen geboden voor de ideale krant’
Tussen de vele kopjes koffie met geestverwanten door werkt hij die kritiek uit in het boek De Nieuwsfabriek De Nieuwsfabriek is uitgegeven door De Bezig Bij. Op de website van de uitgever is het boek te bestellen als paperback of als e-book. dat in februari 2013 verschijnt. Daarin laat Wijnberg weinig heel van de journalistiek. Die zou zich hebben laten gijzelen door de aandachtseconomie en vooral gefocust zijn op kijkcijfers en advertentie-inkomsten. Het ultieme gevolg is dat de media ons wereldbeeld vervormen. Met name het laatste hoofdstuk laat zich lezen als een blauwdruk voor De Correspondent.
In dat hoofdstuk neemt Wijnberg alvast een voorschot op de boekrecensies waarin hij kritiek verwacht op het gebrek aan oplossingen voor de problemen die hij signaleert. Hij stelt daarom de ‘negen geboden voor mijn ideale krant’ op. Ja, krant, maar zijn opsomming komt vrijwel geheel overeen met het manifest dat De Correspondent later zou opstellen Dit manifest is te vinden op de website van De Correspondent. Vergelijk dat maar eens met de negen geboden uit het boek:
- Dagelijks, maar voorbij de waan van de dag
- Tegen clichébevestigende beeldvorming
- Geen binnenland en buitenland, maar thema’s en dwarsverbanden
- Journalistiek boven rendement
- Van abonnee naar aandeelhouder
- Geen advertenties
- Geen doelgroepen, maar geestverwanten
- Geen politieke ideologie, wel journalistieke idealen
- Digital only
De financiering
‘Het was nattevingerwerk’
Wijnberg wist wat hij wilde, de kern van zijn plannen had hij al uitgedacht voor nrc.next Hoe dat was gegaan is op Nieuwe Journalistiek te lezen in het artikel De Correspondent werd bedacht binnen de muren van NRC Media. Nu ging hij verder zonder moederbedrijf. Dat bood mogelijkheden, maar ook een probleem: er bestond nog geen panklaar businessmodel dat dure journalistiek zonder advertenties en zonder abonnees waarborgt.
Daarom spreekt hij op een najaarsdag in 2012 af met Teun Gautier Teun Gautier (1968) was tot 27 december 2013 directeur/uitgever van De Groene Amsterdammer en wordt vaak geraadpleegd als adviseur voor journalistieke start-ups. Hij is momenteel onder meer bestuurslid van Vereniging Veronica. in het Lloyd Hotel in Amsterdam. Gautier is op dat moment directeur van De Groene Amsterdammer De Groene Amsterdammer is een links-liberaal opinietijdschrift dat in 1877 voor het eerst verscheen. Kijk voor meer informatie op Wikipedia.. Ze praten een dag lang over journalistieke ambities, maar vooral ook over geld.
Gautier: “Eén van de beste ideeën van Rob vond ik de winstmaximalisatie van 5 procent voor de aandeelhouders. De rest investeer je in betere journalistiek. Over de financiering schrijft De Correspondent op zijn site: “De Correspondent is een advertentievrij platform en wordt dus volledig gefinancierd door het lidmaatschapsgeld van de leden. Daarnaast is er een aantal grotere en kleinere donateurs dat, bovenop het lidmaatschapsgeld, een extra bijdrage heeft gedaan. De Correspondent staat open voor financiële bijdragen van bijvoorbeeld fondsen, zolang deze akkoord gaan met ons rendementsplafond van 5 procent van de omzet en dus niet streven naar winstmaximalisatie op hun bijdrage.” Maar een grote uitdaging was het punt van geen investeerders en geen adverteerders. Dat betekent dat het geen zin heeft om klein te beginnen en abonnementjes te gaan werven, dat is dodelijk. Dus toen hebben we een begroting gemaakt en gezegd: we beginnen pas bij één miljoen euro.”
Crowdfunding dus Crowdfunding houdt in dat geprobeerd wordt om de totstandkoming van een nieuw product of bedrijf te financieren met (kleine) bijdragen van een grote groep mensen. Kijk voor meer uitleg op Wikipedia.. Mensen konden vooraf een abonnement kopen voor 60 euro en als er zich 15.000 leden zouden melden, kon De Correspondent van start. Want, aldus Wijnberg: “Vijftienduizend klinkt als een goed getal. En zestig maal vijftienduizend is ongeveer een miljoen. Het was nattevingerwerk.”
Samenwerking met De Groene
‘Er kwam weinig van terecht’
Wijnberg had Gautier niet voor niets benaderd, hij wilde graag intrekken bij De Groene Amsterdammer. Een nieuw moederbedrijf voor zijn ideeën. Ze zouden kopij gaan uitwisselen en Gautier werd financieel directeur van de start-up. De Correspondent kon gebruikmaken van de administratie en het abonnementensysteem van de Groene.
Hoewel het manifest van De Correspondent het idee van doelgroepen afwijst, had Gautier nu juist interesse vanwege hun vermeende doelgroep. “Je kunt de lezersmarkt als een piramide zien. Er is een hele hoog-intellectueel ontwikkelde bovenkant, de lezers van De Gids. Daaronder zit De Groene. De Groene levert het discours voor de intellectuele discussie. Dan komen de Volkskrant en NRC Handelblad, en dan nrc.next. Onderin zit de volumemarkt: de Panorama en de Linda en zo. De Correspondent is natuurlijk een beetje nrc.next, dus ik wilde graag die grotere groep next-lezers kennis laten maken met content van De Groene.”
In de praktijk zou er van uitwisseling van kopij weinig terechtkomen. Maar zo ver was het in 2012 nog niet. Eerst moesten Wijnberg en de groep die hij om zich heen had verzameld nog wat knopen doorhakken en 15.000 leden werven voor er ook maar een artikel was geschreven.
De Correspondent en Momkai
‘De beste beslissing die we hebben genomen’
Niet alleen het verdienmodel voor De Correspondent bestond nog niet, ook de techniek moest nog ontwikkeld worden. Er moest een Content Management Systeem (CMS) Een Content Management Systeem is gebruiksvriendelijke software om content (tekst, koppen, foto’s, etc.) op eenvoudige wijze in de juiste vormgeving op een website of weblog te krijgen. komen waarmee Wijnbergs ideale journalistiek verwezenlijkt kon worden. Journalisten moesten bijvoorbeeld context kunnen bieden in hun persoonlijke ‘tuin’, de auteur moest belangrijker zijn dan het platform, maar ook het idee dat Pfauth meenam van Brainsley Lees meer over Brainsley op Nieuwe Journalistiek in het artikel De Correspondent werd bedacht binnen de muren van NRC Media moest een plek krijgen, namelijk ‘drieduizend dokters weten meer dan één medisch journalist’. En o ja, en het moest er ook nog een beetje knap uitzien.
Wie zou dat kunnen maken, vroeg Wijnberg tijdens een van de vele brainstormsessies. Volgens Alexander Klöpping was daarvoor maar één partij in Nederland: Momkai Momkai afficheert zich als digitaal creatief bureau voor hoogwaardige interactieve projecten.. “Maar die zijn niet te betalen, dus dat moet je niet doen”, herinnert Wijnberg nog de toevoeging van Klöpping.
Momkai werkt voor grote merken als Nike en Red Bull. Klöpping adviseerde volgens Wijnberg om vooral klein te beginnen. “Met Ernst-Jan kwam ik tot de conclusie dat we juist wel met Momkai moeten beginnen, ook al kost dat wat meer in het begin. De voorsprong die je daarmee neemt is zo ongelooflijk belangrijk voor de rest van je bestaan dat je dat nu moet doen. Bovendien waren ze bij Momkai zo enthousiast dat ze het tegen kostprijs wilden doen. Ze wilden dan wel participeren in De Correspondent.”
Aandeelhouder
Zo werd Momkai aandeelhouder van De Correspondent, volgens Wijnberg de beste beslissing die De Correspondent heeft genomen in de afgelopen anderhalf jaar. Wanneer hij in het buitenland lezingen geeft, begint hij met de stelling: Zorg dat developers en ontwerpers in het bestuur zitten, zorg dat ze meepraten. Zij moeten jouw ambities uiteindelijk technisch mogelijk maken. Het was het model dat Pfauth ook al toepaste bij nrc.nl: de internetredacteuren zaten in dezelfde ruimte als de bouwers en vormgevers van de site.
Wijnberg: “Momkai snapt onze journalistieke uitgangspunten, dat het CMS ons niet zo zeer in staat moest stellen om te publiceren, maar om te corresponderen met het publiek. Dat is nog steeds in ontwikkeling, er staat nog ‘bèta’ boven onze site.”
Een voorbeeld van de samenwerking: het gebruik van hyperlinks in de teksten van De Correspondent. Wijnberg: ,,Wij zeiden dat we context willen bieden aan lezers en dat we weg willen van de hijgerigheid. Momkai redeneert dat links de meeste afleiding veroorzaken in je online tekst, dus ze hebben een soort ‘side notes’ Dit dus. Nieuwe Journalistiek heeft dat idee van De Correspondent overgenomen. bedacht waarin je uitleg krijgt over de link.”
Leden met symbolisch aandeelhouderschap
‘Een vereniging betekent een hoop gedoe’
Ondertussen zit financieel directeur Gautier nog in zijn maag met het idee dat lezers eigenlijk mede-eigenaar zouden moeten zijn. Gautier: “Aandelen uitgeven bleek technisch niet haalbaar. We hebben nog gekeken naar het opzetten van een vereniging, maar dat betekent een hoop gezeik. Dan moeten die allemaal zeggenschap krijgen. Hoe dan? Kan het bestuur dan de hoofdredactie wegstemmen? Als je stoer bent wel, maar goed. Nou ja, een hoop gedoe.”
Uiteindelijk besluiten ze dat de lezers ‘leden’ moeten worden, eigenlijk een veredelde versie van een abonnement, maar de leden krijgen een ‘symbolisch aandeelhouderschap’ aangeboden. Daarover schrijft De Correspondent op zijn site: “Leden die zich nu aanmelden, verwerven bovendien een symbolisch aandeelhouderschap. Om de redactionele onafhankelijkheid te waarborgen hebben leden geen zeggenschap over de journalistieke inhoud, keuzen en koers van De Correspondent, maar wel medezeggenschap over een deel van het rendement. Ze worden eens, of meerdere malen per jaar gevraagd daarvoor een investering te kiezen, bijvoorbeeld een journalistiek project of het aanstellen van een nieuwe correspondent.”
Internationaal
Gautier maakte zich bovendien zorgen over het verval in abonnementen dat op den duur zou gaan optreden. Volgens hem raak je na een jaar zo’n vijftig procent van je leden weer kwijt. Om dat op te vangen wilde hij met De Correspondent kijken naar internationale markten. “Mijn stelling was dat je een transnationaal merk moest maken. Dus haal er om te beginnen twee Belgische mensen bij om ook die markt erbij te krijgen.”
Iets dergelijks is wel het streven van Wijnberg en Pfauth, maar ze hebben geen haast. Wijnberg: “Uiteindelijk is dit geen puur Nederlands concept. Het zou mooi zijn als je een netwerk van correspondenten hebt, in de klassieke zin van het woord. Maar na vele tripjes naar het buitenland om te praten over dit concept, zijn we het erover eens dat we nog lang niet stevig genoeg zijn om dat te kunnen. Je moet dan ook echt de journalistiek van dat land kennen. We hebben ook niet meegedaan met Krautreporter Krautreporter is een journalistiek platform in Duitsland, dat gebaseerd is op De Correspondent. Ook Krautreporter stelt de journalist centraal. Verder is Krautreporter eveneens met crowdfunding tot stand gekomen. Net als bij De Correspondent was het doel om 15.000 abonnementen á 60 euro binnen te halen. Dat lukte en in september 2014 kwam Krautreporter online.. We willen wel internationaal, maar stapje voor stapje.”
Volgens Pfauth is de internationale markt ook nu nog steeds niet nodig om te kunnen groeien. “Er is voor ons nog zo veel laaghangend fruit. We hebben eigenlijk nog nauwelijks aan marketing gedaan. Met het CMS willen we wel eerder de boer op.”
Lancering in DWDD
‘Je moet gewoon bekende mensen hebben’
In maart 2013, een half jaar na het vertrek van Wijnberg bij nrc.next, is De Correspondent klaar om naar buiten te treden. Op 18 maart gaat de crowdfundingcampagne van start. Om zo veel mogelijk bekendheid te krijgen mikken ze op een startschot bij De Wereld Draait Door (DWDD), waar Rob Wijnberg vaker aanschuift. Pauw & Witteman Pauw & Witteman was de talkshow van de presentatoren Jeroen Pauw en Paul Witteman, die elke werkdag door de VARA werd uitgezonden op Nederland 1. Op 23 mei 2014 was de laatste uitzending. is tweede keuze.
De redactie van DWDD reageert die ochtend lauw. Ze denken erover na en om 15 uur krijgt Wijnberg te horen dat DWDD al vol zit met andere onderwerpen. Wijnberg: “We dachten, ‘Jezus, wat moeten we doen om er toch in te komen?’ Leer mij de medialogica kennen, je moet gewoon bekende mensen hebben. Dus we hebben Femke Halsema en Jelle Brandt Corstius gebeld. Die wilden wel mee. Toen we dat de redactie vertelden, was het om half zes duidelijk, we kwamen die avond in DWDD.”
DWDD had nog wel een voorwaarde, herinnert Wijnberg zich. Het project moest echt officieel gelanceerd worden in de uitzending. “Ze wilden iets met een knop of zo. Dat hebben we niet gedaan, want we zouden worden uitgelachen door iedereen die niet digibeet is. Een website wordt gewoon gelanceerd door een programmeur ergens achter een computer.”
In de uitzending wordt duidelijk dat De Correspondent zichzelf 30 dagen gunt om 15.000 leden te werven “voor iets wat er nog niet is”.
Aan het einde van de uitzending zijn er duizend leden. Na acht dagen is de grens van negen ton investeringsgeld bereikt Het beoogde bedrag werd op 26 maart 2013 bereikt op het moment dat Rob Wijnberg een interview gaf aan Erwin Blom van Fast Moving Targets, dat live op internet werd uitgezonden. Het interview is terug te kijken op YouTube.. De Correspondent kan van start.
De site wordt verder gebouwd en de redactie trekt in bij De Groene Amsterdammer, waarbij ze gebruikmaken van de boekhouder en abonnementensysteem.
Vanaf dat moment begint er bij uitgever Ernst-Jan Pfauth ook een enorme stroom open sollicitaties van journalisten binnen te komen. “Achttienhonderd brieven, waarvan we er uiteindelijk één of twee hebben aangenomen. We wisten voor een groot deel al wie we wilden hebben. De meeste sollicitanten waren van het type eigenzinnige columnist.”
Het eerste jaar in vogelvlucht
Op 30 september 2013 gaat De Correspondent live Het eerste artikel is van Rob Wijnberg: Welkom bij De Correspondent!. Het aantal leden staat dan op ruim 20.000. Er is ook nog eens 172.000 euro aan donaties gestort, zodat het startkapitaal op ongeveer 1,3 miljoen euro ligt.
Overigens ziet het colofon van De Correspondent er anders uit dan was beloofd. Bij DWDD werd gesuggereerd dat naast Halsema en Brandt Corstius onder anderen ook Joris Luyendijk, Alexander Klöpping en Henk Hofland correspondenten zouden worden. Maar dat gebeurt niet. Luyendijk is het nooit van plan geweest, Klöpping was te druk met voorbereidingen voor Blendle en Hofland was ziek.
Twee maanden na de lancering krijgt De Correspondent een nieuwe financiële injectie, namelijk 450.000 euro van de Stichting Democratie en Media. Het betreft deels een lening en deels een gift. Zie de persverklaring op de website van de Stichting Democratie en Media. Daarmee wordt SDM mede-aandeelhouder.
Breuk met De Groene
De samenwerking met De Groene gaat onderwijl een stuk minder soepel. Van uitwisseling van kopij kwam weinig terecht. Gautier: “Het lukte uiteindelijk niet doordat Rob met die tuinen voor individuele journalisten kwam. Dat is een goed idee, maar daar paste de samenwerking met De Groene niet in. Ik stelde voor om dan een tuin van De Groene te maken. Dat is niet gelukt door beide partijen.”
Wijnberg: “Ik ben er wat naïef in geweest. Het correspondentschap bestaat uit het schrijven van kleine en grote stukken, van een constant researchproces dat je deelt met je lezers. Dat verhield zich slecht met het redactieproces van de Groene waar journalisten gewend zijn eens per week een stuk te schrijven.”
Maar de definitieve breuk met de Groene komt voor Wijnberg “volledig uit de lucht vallen”. Op 27 december 2013 leest hij in een persbericht Het persbericht is te vinden op de website van De Groene Amsterdammer. dat Teun Gautier werd ontslagen. De reden voor zijn vertrek is de lening van 17.000 euro die hij verstrekte om de publicatie van een boek van Edwin de Roy van Zuydewijn mogelijk te maken, zonder ruggespraak met de redactie en het bestuur.
Wijnberg: “Het bestuur van De Groene was even vergeten dat ze daarmee ook onze directeur ontsloegen. Daarmee was ons aanspreekpunt weg.” Dit leidt de breuk tussen De Groene en De Correspondent in. De aandelen gaan naar SDM. Fysiek verhuist De Correspondent naar Amsterdam-Noord.
Kritiek
De eerste kritiek begint ook te komen na een paar maanden. Columnist Rosanne Hertzberger noemt het platform van Wijnberg in zijn voormalige krant nrc.next ‘een hautain medium’, dat niet urgent is. De column van Rosanne Hertzberger is terug te lezen op haar weblog: Hautain medium.
Die kritiek komt in de maanden die volgen vaker terug. De Correspondent zou te weinig aan onderzoeksjournalistiek doen (zoals wel was beloofd), zou te elitair zijn, te weinig ‘in your face’ en zou vooral niet goed passen in de dagelijkse nieuwsconsumptie.
Toch blijven de meningen in het algemeen positief: het voordeel van de twijfel. Dat blijkt ook uit het aantal leden. Precies een jaar na het eerste artikel zijn dat er 37.000.
Hoeveel abonnees blijven?
Dat is het voorlopig hoogtepunt. Vanaf september 2014 beginnen de eerste abonnementen te vervallen. Het is een belangrijk meetpunt voor De Correspondent dat inmiddels is verhuisd naar een nieuw pand aan de Weesperzijde in Amsterdam. Hoeveel mensen zullen verlengen?
Genoeg, 12.000 van de 20.000 van het eerste uur. Een verloop van veertig procent, waar Pfauth al ongeveer rekening mee hield. Over de investeringen, tekortkomingen en resultaten van het eerste jaar publiceert het op 30 september 2014 een uitgebreid jaarverslag In dat jaarverslag licht De Correspondent niet alleen de financiële situatie toe, maar ook wat er het afgelopen jaar is bereikt en wat de toekomstplannen zijn..
Naar 50.000 leden
Halverwege januari 2015 heeft De Correspondent volgens Ernst-Jan Pfauth 29.953 leden. Het verloop valt hem enorm mee. “In november 2014 kwamen er ongeveer 1100 leden bij en er gingen er iets meer dan honderd weg. Dat is absurd weinig. Het gemiddelde verloop in de mediawereld is 30 tot 40 procent.” Ook in december 2014 bleek 86 procent te verlengen.
Pfauth: “Het doel voor 2015 is 50.000 leden. Dat is haalbaar, want we zijn nog eigenlijk niet echt bezig geweest met het werven van leden. In 2014 hebben we misschien drie- of vierduizend euro aan marketing uitgegeven. We gaan ook een maandlidmaatschap introduceren.”
Volgens Wijnberg is na ruim een jaar hoogstens vijf procent van de ambities verwezenlijkt. Om beter gebruik te kunnen maken van de kennis van lezers (Pfauths idee van Brainsley) heeft De Correspondent in december 2014 een subsidie van 100.000 euro gekregen van Stimuleringsfonds voor de Journalistiek Het plan waarvoor De Correspondent subsidie heeft gekregen staat op Persinnovatie.nl..
Een andere grote uitdaging is volgens Wijnberg de spanning tussen het sterke merk De Correspondent De Correspondent geeft bijvoorbeeld het boek Gratis geld voor iedereen uit van correspondent Rutger Bregman en biedt zijn medewerkers als sprekers aan. en de eigenlijke doelstelling dat niet het medium belangrijk is, maar de auteur.
Wijnberg: “We moesten in de dagelijkse routine van onze lezers komen en we hebben uit het verleden een soort dagbladritme overgenomen dat we eigenlijk helemaal niet willen, met deadlines terwijl dat niet nodig is online. Daar moeten we vanaf. Oude krantenlezers vinden het belangrijk wat NRC zegt, of wat De Correspondent zegt; jongere lezers vinden belangrijk wat één auteur zegt. In die transitie zitten we. Ik ben ervan overtuigd dat het tweede model overeind blijft, omdat die eerste groep simpelweg uitsterft. Dat wordt dus eigenlijk een voorpaginaloos platform. Daar werken we naartoe, maar daar zijn we nog niet.”
Reacties