Virtual Reality

Een eerste kennismaking met virtual reality

Een eerste kennismaking met virtual reality


Hans Jaap Melissen gaat onderzoeken wat virtual reality kan betekenen voor de journalistiek. Dit is het verhaal van zijn eerste kennismaking met deze nieuwe technologie.

Virtual reality: Mensen brengen waar ze normaal nooit zullen komen”, is het onderwerp van een e-mail die ik enkele maanden geleden in mijn inbox vind.

De mail komt van een productiebedrijf dat virtual reality maakt: “We zijn in staat alles rondom (360 graden) te filmen. Vergelijk het met Google Streetview. Dit kan dan weer met een bril of app op de smartphone worden bekeken. Het effect: alsof je er zelf bent”, schrijft Yori van Gerven. Hij is van het nog jonge bedrijf Scopic Scopic is in 2014 opgericht door Justin Karten en Yori van Gerven is gespecialiseerd in het bedenken en produceren van toepassingen voor virtual reality. en wil met mij praten over implementatie van dit nieuwe medium in de journalistiek.

Ik begrijp dan eigenlijk nog steeds niet zo goed wat ik mij er bij voor moet stellen. Maar we maken een afspraak.

In de kelder

Enkele weken later sta ik voor een oude diamantfabriek aan de Tolstraat in Amsterdam.

“We zitten in de kelder”, had Yori gezegd. Maar als ik de trap af loop de kelder in, blijf ik op de onderste trede staan. Aan de voet van de grauwe muren staat water. Buizen, planken en andere spullen liggen overal verspreid. Op een plek vormt een plank een soort bruggetje over het water. Een gemiddelde schuilkelder in Aleppo – mijn eerste associatie – ziet er gezelliger uit.

Ik keer terug naar boven, naar de portier van het gebouw waar een aantal bedrijfjes, veel start-ups, een onderkomen hebben gevonden. “Waar zitten die jongens van Scopic, die Virtual Reality maken?”, vraag ik nogmaals. “Gewoon in de kelder, diezelfde deur door”, is het antwoord.

In een soort oorlogsstand, continu op mijn hoede voor waar ik precies loop, daal ik opnieuw af in de spelonken van het gebouw. Ik kan mij nog steeds niet voorstellen dat hier ergens wordt gewerkt. Dan vind ik een half open deur, waarachter een hightech wereld zich openbaart. Een paar jongemannen staren naar hun computerschermen, in een ruimte waar alleen via een hoog klein raampje nog wat daglicht binnenvalt. Een van de mannen staat op. “Hé Hans. Ik ben Yori.”

“Je moet het gewoon meemaken”

Ik heb Scopic gevonden. We gaan zitten. De andere jongemannen werken door. Ik zeg dat het mij eigenlijk nog steeds niet duidelijk is wat Virtual Reality is. Dat ik eigenlijk vooral dacht aan de game-industrie. Daar is ook een toepassing voor, maar Yori bedoelt iets anders.

“We kunnen erover praten”, zegt hij, “maar je moet het gewoon meemaken.” Hij haalt een soort skibril tevoorschijn en een groot model smartphone die in de bril wordt geklikt. Ik zet het geheel op en druk op de zijkant van de bril.

Hans Jaap Melissen met de virtual reality-bril Oculus Rift.
Hans Jaap Melissen met de virtual reality-bril Oculus Rift.

Een aankondiging van een video verschijnt voor mijn ogen. Die begint en ik heb uitzicht vanaf een berg. Maar het rare is, ik voel meteen dat ik meer heb dan uitzicht, meer zie dan een videoscherm, ik sta voor mijn gevoel op de berg. Zodra ik mijn hoofd naar links beweeg, krijg ik in beeld wat daar te zien is. Ik vind het maar een enge positie, ik sta namelijk op de rand van een flinke afgrond.

Dan spring ik van de berg. Hoe haal ik het in mijn hoofd? Maar het gebeurt en ik suis keihard langs de hellingen. Het is adembenemend. Ik kan naar beneden kijken, links, rechts, zelfs boven mij, en achter mij. Ik krijg dezelfde weeïge buikpijn, zoals je die vroeger kon krijgen in de achtbaan. Ik vlieg. Ik bén de man in de ‘wingsuit’ geworden die keihard door het dal scheert, met een camera op zijn hoofd.

“Wat kan je ermee in de journalistiek?”

“Die man had deze camera op zijn hoofd”, zegt Yori als ik de bril verbijsterd afzet. Hij laat een kubus zien, gebouwd met zes GoPro-camera’s. De lensjes filmen alle kanten van de omgeving en in de montage worden die beelden aan elkaar gekoppeld, zodat de kijker tijdens het afspelen van de video, zelf kan bepalen waar die zijn blik op richt.

Een kubus met zes GoPro-camera's.
Een kubus met zes GoPro-camera’s.

“En nu hebben wij gedacht…”, zegt Yori, “Het ‘wow-effect’ is natuurlijk enorm. Maar wat zou je hiermee kunnen in de journalistiek?”

Hij kijkt me aan.

“En ben jij bereid die zoektocht samen met ons te doen?”, vraag Yori.

“Ja, natuurlijk”, zeg ik, “dat gaan we doen”, terwijl mijn gedachten nog 360 graden in de rondte tollen over welke mogelijkheden dit nieuwe fenomeen biedt.

Echt ‘wow’ inderdaad. Ik kijk naar de witte skibril en zeg: “Zou ik nog één keer die video mogen zien? En daarna, misschien nog een keer?”


— of — Reageer

Reacties

Leave a Reply